Beurzen houden vol

Beurzen houden vol

Het ziet er goed uit voor Euro­pa, en het ziet er goed uit voor de wereld­eco­no­mie. Nadat Macron al eer­der het Fran­se pre­si­dent­schap bin­nen wist te halen, wist hij afge­lo­pen zon­dag ook nog de par­le­ments­ver­kie­zin­gen win­nend af te slui­ten. Zijn nieu­we par­tij, La Répu­bli­que en Mar­che, wist een gro­te over­win­ning te boe­ken. Deze over­win­ning had ech­ter wei­nig impact op finan­ci­ë­le markten.
Dat kan niet gezegd wor­den van de olie­prijs. Die daal­de in de afge­lo­pen week opnieuw. Het week­ver­lies was bij­na 5%. Toe­ne­men­de pro­duc­tie in mei en hoge voor­ra­den zor­gen voor een nega­tief sen­ti­ment. Ana­lis­ten van onder meer ABN AMRO ver­wach­ten nog steeds een olie­prijs van USD 60 per vat aan het eind van het jaar, omdat zowel de pro­duc­tie als de voor­ra­den wat zul­len dalen.
Op macro-eco­no­misch vlak was er in de afge­lo­pen dagen heel wei­nig nieuws. Bestaan­de hui­zen­ver­ko­pen in de VS ste­gen in mei, waar een lich­te daling was ver­wacht. De voor­lo­pi­ge indi­ca­to­ren van het pro­du­cen­ten­ver­trou­wen in Euro­pa over juni daar­en­te­gen, vie­len tegen. De gecom­bi­neer­de index van de ver­wer­ken­de indu­strie en de dien­sten­sec­tor voor de Euro­zo­ne daal­de van 56,8 naar 55,7. Toch blijft het beurs­ver­trou­wen op een gezond niveau. De red­ding van één Spaan­se en twee Ita­li­aan­se ban­ken in de lopen­de maand juni ids daar niet vreemd aan. De ECB lijkt alle Euro­pe­se pro­ble­men op te slorpen.
Na de wereld­wij­de ople­ving die eind vori­ge zomer is inge­zet, lig­gen de eco­no­mi­sche indi­ca­to­ren er al bij al goed bij voor de mees­te regi­o’s. Zo ste­gen de bestaan­de hui­zen­ver­ko­pen in de VS in mei, waar een lich­te daling was ver­wacht. Voor rest is er wei­nig ophef­ma­kend nieuws. Dat sti­mu­leert de vraag van beleg­gers naar meer risi­co­vol­le beleg­gings­ca­te­go­rie­ën zoals aan­de­len en bedrijfs­obli­ga­ties, schrijft Schro­ders in een rap­port. Deze ver­mo­gens­be­heer­der merkt op dat de bedrijfs­cij­fers in het eer­ste kwar­taal erg goed waren, voor­al in Ame­ri­ka. De bedrijfs­re­sul­ta­ten wor­den aan­hou­dend opwaarts bij­ge­steld, merkt Schro­ders op.
NN Invest­ment Part­ners, een ande­re ver­mo­gens­be­heer­der, noemt de markt­om­stan­dig­he­den ‘aan­de­len­vrien­de­lijk’. Een robuus­te, even­wich­ti­ge eco­no­mi­sche groei wordt gedre­ven door con­su­men­ten, en gehol­pen door zowel de ster­ke­re arbeids­markt als het bedrijfs­le­ven. Dat pro­fi­teert van de ver­hoog­de winst­ge­vend­heid van de mees­te bedrijfsactiviteiten.
Vele eco­no­men zit­ten met de han­den in het haar over het feno­meen dat “gebrek aan infla­tie” heet. Zelfs in de Ver­e­nig­de Sta­ten, met zijn lage werk­loos­heids­cij­fer van 4,3%, groei­en de lonen niet en ver­rast het kern­in­fla­tie­cij­fer voor de der­de keer op rij. Het spreekt van­zelf dat een gesta­ge eco­no­mi­sche groei, tesa­men met een lage infla­tie, zeer gun­stig is voor het beurssentiment.

 

Tags:
,