09 jun Deutsche Bank verkiest USA
Deutsche Bank geeft een relatieve voorkeur aan VS-aandelen met een behoorlijk dividendrendement, en aan Investment Grade obligaties in USD. In haar zopas gepubliceerde DB Markets Insight zet Deutsche Bank haar visie neer over de huidige financiële markten. Ondanks een moeilijk begin van 2016 werden de aandelenmarkten daarna ondersteund door gunstige statistieken, de stijging van de olieprijs, het akkoord over de financiering van Griekenland en een banksector in relatief goede doen. Het verbeterde marktsentiment was eveneens een ondersteunende factor, aldus de analisten van Deutsche Bank.
De aandelen in Europa en de Verenigde Staten stegen in mei voor de derde maand op rij, terwijl ook Japan opnieuw aanknoopte met winst. De groeimarkten hadden daarentegen te lijden onder de stijging van de Amerikaanse dollar door de bijstelling van de cyclus van renteverhogingen door de Fed. De obligatiemarkten eindigden in het groen. De staatsleningen van de kernlanden van de eurozone profiteerden hiervan om hun voorsprong op die van de periferie te vergroten. Opvallend was ook de duidelijke matiging van de koerswinsten van bedrijfsobligaties doordat de impact van de inkopen van kwalitatieve bedrijfsobligaties door de ECBruimschoots door de markten ingecalculeerd was.
Aandelen blijven interessant in een gediversifieerde portefeuille en ze worden ondersteund door de historisch lage rentevoeten. Maar, nog steeds volgens Deutsche Bank, lijkt het in de huidige context nog steeds zinvol om de nodige voorzichtigheid aan de dag te leggen tegenover deze activaklasse.
Nu het kwartaalresultatenseizoen achter ons ligt, concentreren de markten zich opnieuw ten volle op de economische en politieke ontwikkelingen. In dit opzicht kondigt juni zich als een risicovolle maand aan,met een bijzonder drukke agenda. Na de vergadering van de OPEC en de ECB staan de vergadering van de Fed, het Brexit referendum in het Verenigd Koninkrijk en de vervroegde verkiezingen in Spanje op het menu. Deze cruciale afspraken kunnen voor toenemende turbulentie zorgen en de relatieve sereniteit die tot nu toe heerste, onderuit halen.
Tegelijk is de bezorgdheid over de wereldwijde groei niet geweken en de markten zullen de economische
indicatoren met argusogen blijven volgen, vooral die van China. Aandelen van ondernemingen die interessante dividenden uitkeren in de Amerikaanse aandelenmarkt, defensief geselecteerd en gediversifieerd, zullen het wellicht goed blijven doen en behoren nog steeds tot de favoriete beleggingen van Deutsche Bank.
Op de obligatiemarkten blijven de rendementen flirten met ongeziene bodemniveaus in de eurozone. De kans is klein dat in deze situatie grote verandering komt, gezien het beleid van de ECB en een zeer lage inflatie. Toch moeten we gedisciplineerd blijven in de zoektocht naar hogere rendementen, vindt Deutsche Bank. We moeten en ook rekening houden met de bijbehorende risico’s. Het is verleidelijk om te kijken naar hoogrentende obligaties (high yield), maar hun ogenschijnlijke aantrekkelijkheid moet sterk gerelativeerd worden, vooral in de Verenigde Staten.
De gevoelige daling van de creditspreads van de voorbije maanden weerspiegelt een te optimistisch scenario in het licht van de falingsratio’s van de emittenten. Ondanks het opveren van de olieprijs blijft de zo belangrijke energiesector erg kwetsbaar. De kapitaaluitstroom zou kunnen toenemen in geval van een stijging van de Amerikaanse beleidsrente. In deze omstandigheden geeft Deutsche Bank de voorkeur aan Investment Grade bedrijfsobligaties in USD: het gemiddelde rendement is duidelijk interessanter dan wat in Europa beschikbaar is en het risico lijkt redelijk.
De analisten van Deutsche Bank stellen onze prognoses voor de wereldwijde groei niet bij. Die zou in 2016 uitkomen op 3%, wat het laagste niveau is in de na-crisisperiode, waarvan 1,4% voor de geïndustrialiseerde landen en 4,2% voor de groeilanden. Met een groei van 0,8% stelden de Verenigde Staten in het eerste kwartaal teleur, maar de recente gegevens zijn bemoedigender en gaan in de richting van een geleidelijke tempoversnelling.
De eurozone van haar kant wist aangenaam te verrassen met een groei van 0,5% tijdens het eerste kwartaal. Het momentum zou na deze ’prestatie’ iets vertragen, maar de solide binnenlandse consumptie zorgt ervoor dat een niveau van 1,5% dit jaar binnen handbereik ligt. In de groeilanden zou de groei futloos blijven, maar bij de BRIC-landen ( de 4 grootste groeilanden) zouden Rusland en India zich positief kunnen onderscheiden.