22 aug Beurzen haten onzekerheid
Deze week gingen de financiële markten gebukt onder onzekerheid. Onzekerheid ten gevolge van de devaluatie van de Chinese yuan en van politieke onduidelijkheid in Griekenland. De voornaamste aandelenindexen doorbraken hun 200-daagse gemiddelden naar beneden toe. De Dow Jones Industrials verloor 5,82% over de week, de Eurostoxx 50 ging 7% lager en ook de grondstoffen gingen lager. zo verloor de Brent olieprijs bijvoorbeeld 6,85%.
De devaluatie van de Chinese yuan heeft uiteindelijk tot een beperkte waardedaling van de munt geleid (circa 7,7% lager tegen de dollar sinds begin 2015). De positieve gevolgen van deze devaluatie zullen we ergens eind dit jaar zien in de Chinese exportcijfers. Maar de beurzen haten onzekerheid.
Waarvoor hebben de beleggers angst?
In de zomerperiode doen de beurzen het doorgaans minder goed. Maar de vrees voor een verdere terugval van de Chinese economie, en zelfs voor een eventuele wereldwijde deflatie neemt toe. Die vrees werd aangewakkerd door de exportcijfers van China en de vertrouwensindex van de Chinese inkoopmanagers, die in augustus verder is gedaald. Veel meer Chinese cijfers hebben we momenteel niet. De Chinese autoriteiten zullen er waarschijnlijk wel in slagen om de economische groei op een fatsoenlijk peil te houden. Maar beleggers hebben een hekel aan onzekerheid.
Daarbij kwam nog onzekerheid over Griekenland. Premier Tsipras ziet de steun in zijn eigen Syriza partijen afbrokkelen. Hij heeft deze week zijn ontslag ingediend en wil nieuwe verkiezingen uitschrijven tegen september. Onder de Griekse bevolking is hij nog steeds erg populair. Toch ontstaat er zo nieuwe onzekerheid over de uitvoering van het hervormingsprogramma. Zoals gezegd, beleggers hebben een hekel aan onzekerheid.
Gaan de aandelenbeurzen verder zakken?
Bij gebrek aan alternatief zullen de beurzen vroeg of laat herstellen. Als uiting van de toegenomen risicoaversie ging de obligatierente op de meeste markten verder naar beneden. In Europa bleef de daling beperkt tot een paar basispunten, maar in de Verenigde Staten liep de 10-jarige obligatierente terug van 2,19% tot 2,05%. De reden daarvoor is de verwachting dat de inflatie in de VS zeer laag blijft, en niet snel over de 2%-doelstelling van de Fed zal gaan. Door deze zeer lage rente zullen beleggers die nog iets willen verdienen vroeg of laat weer aandelen moeten kopen, bij voorrang traditionele aandelen met een aantrekkelijk dividendrendement, maar ook beloftevolle technologieaandelen en aandelen van bedrijven met een sterke marktpositie.